Van D'66 hoeft Geert Wilders niet streng beveiligd te worden

Het gaat heel vaak op. Neem een foto van een figuur als Thom de Graaf. let daarna op de stand van de lippen t.w. zo kun je het venijn ontdekken c.q. de achterbaksheid.
Ook kijken naar de stand van de ogen; er zijn nogal wat varkentjes onder politici.
Doe er uw voordeel mee; dit is geheel gratis.

Onlangs deed de "echte liberaal" Gerard Schouw van D66 de volgende persverklaring uitgaan:


D66 vraagt zich af of het opvragen van het Burgerservicenummer (BSN) van journalisten die persbijeenkomsten van de PVV willen bijwonen geoorloofd is. De partij heeft hierover donderdag Kamervragen gesteld aan minister Ivo Opstelten en staatssecretaris Fred Teeven (Veiligheid en Justitie).

D66 reageert ermee op een verhaal van de GPD-bladen Tweede Kamerlid Gerard Schouw van D66 zegt "geschrokken” te zijn van het bericht.
Schouw is niet "geschrokken" over het feit dat een gekozen volksvertegenwoordiger dag en nacht moet worden beveiligd door gewapende bewakers, maar dat Geert Wilders noodgedwongen het grootste belang moet hechten dat alleen bonafide journalisten toegang hebben tot zijn persconferenties.

Maar Schouw vraagt zich af of de handelwijze in strijd is met de Wet bescherming persoonsgegevens.

Dit is toch niet te bevatten: het leven van een gekozen politicus moet ondergeschikt gemaakt worden aan de privacywetgeving? D66 vindt het kennelijk maar onzin dat de NCTb z'n best doet Wilders voor een moordaanslag te behoeden?
Maar weet u, eigenlijk zou dit me niet mogen bevreemden, want het was D66-er Thom de Graaf die destijds minister Hans Dijkstal in de Commissie-Stiekem adviseerde om Pim Fortuyn niet te beveiligen, omdat die daar wel eens electoraal garen bij zou kunnen spinnen.

Thom de Graaf dus die eerst het klimaat schiep om een politieke tegenstander uit de weg te laten ruimen met zijn fouter dan foute opmerking dat Anne Frank maar beter weer onder kon duiken als Fortuyn het voor het zeggen zou krijgen -desduivels- en daarna er hoogst persoonlijk voor zorgde dat die tegenstander onbeschermd rondliep.